Midwolde. Dorp onder de rook van Groningen. Nog nooit geweest. Proefrit gemaakt in een auto die we niet gaan kopen en verrassend lekker geluncht. Het weekend is weer eens goed begonnen. Al zeg ik het zelf.
Midwolde
Rondje Groningen. Vaak rijden we over de A7 richting Drachten en verder Nederland in. Vanmiddag waren we op een klein half uurtje rijden van huis. Inspiratie genoeg opgedaan voor een blog over dit dorp.
De eerste sporen van bewoning in de omgeving van Midwolde dateren uit de tijd van de Hunebedbouwers (1500-1000 voor Christus). Dat is echt heel lang geleden hoor.
Op deze zaterdagmiddag zagen we verscholen tussen de, door de herfst ge(ver)kleurde bomen en een weids polderlandschap, het dorpje Midwolde. De naam komt van: Wold (= woud, bos) in het midden. Midwolde is een rustig, agrarisch streekdorp met een eigen karakter en ligt, als een na oudste plaats op de zandrug Vredewold. Verwar deze naam trouwens niet met Midwolda in Oost-Groningen.
Nienoord
Het kerkje in Midwolde (tegenover de Gasterij) dateert al uit de 12 eeuw aldus de vriendelijke meneer die ons bediende in Gasterij Inkies. Alles ademt geschiedenis. Achter de enorme rode deur (en tussen de muren van 1,5 meter dik) vind je een schitterend gerenoveerde kerk en het praalgraf van de familie van Ewsum. Deze familie was een van de eigenaren van Nienoord. In 1525 vestigt jonker Wigbold van Ewsum zich in Midwolde, bouwt een nieuw huis op de Nije Oord en stichtte de borg Nienoord.
De achtereenvolgende bewoners van de borg hebben de geschiedenis van Midwolde bepaald. Het diep naar het Leekstermeer is vroeger al gegraven door deze jonker van Nienoord. Zij gebruikten het om turf af te voeren (handel). Turf is in die tijd een belangrijke brandstof en zo (korte versie) groeit het huis Nienoord uit tot het grootste landhuis van Noord-Nederland. Later raakt het landgoed in verval en in 1846 brandt de borg zelfs af.
Rijke stinkerds
Leuk weetje: Vroeger, tot ongeveer het midden van de 19e eeuw werden de rijke families begraven in de kerk. De stoffelijke overschotten begonnen na een tijdje natuurlijk verschrikkelijk te stinken. De uitdrukking ‘rijke stinkerds’ was geboren. Rondom deze grafkelders hing ook vaak een mysterie. Verhalen en legendes die soms bleken te kloppen en soms ook helemaal niet. Ook in Midwolde (Gr.). In de grafkelder zouden zeven houten, drie koperen en één loden kist bevatten en ook nog eens acht kleine kistjes. Bij de laatste restauratie was niets terug te vinden. Alles was vergaan en uit elkaar gevallen. De welgestelde familie Panhuys (zij verdronken in hun koets in het Hoendiep) liggen gewoon achter op het buitenkerkhof, onder een relatief simpele steen. In de kerk herinnert een gebrandschilderd raam aan dit vreselijke ongeluk.
Ogen open
Je merkt dat je als je de tijd er voor neemt er in je eigen streek genoeg te ontdekken valt. Ik was aangenaam verrast door de dorpen zo vlak onder Groningen. Lettelbert, Leutingewolde, Oostwold en De Poffert. Allemaal dorpen rond het Leekstermeer, waar ik nog nooit van had gehoord. Het Leekstermeer (vroegere benaming is het Zulthermeer). Onze auto hebben we uiteindelijk niet ingeruild. Soms kun je op de buitenkant verliefd worden en bij het openen van de deuren immens teleurgesteld zijn.
Ongeveer een paar honderd meter verderop genoten van een heerlijke lunch bij Gasterij Inkies. In 1999 vanwege de architectuur- en cultuurhistorische waarde een Rijksmonument geworden vooral voor de buitenkant van het gebouw. In 2004 veranderde de naam van Theehuis Vredewold in Gasterij het Theehuis. Vanaf 1817 dienen zij hier als 13e kastelein.
Wij werden hier als jonkheer en jonkvrouw behandeld. Voor de bediening een 10 en voor het eten ook. Geluksmomentjes zoals ik ze graag noem. Op naar een fijn weekend.
Bij Marije van Mooileven had ik al prachtige foto’s gezien van de omgeving daar.
Nederland is mooi he?
Nou ben ik toch wel benieuwd in welke auto jullie een proefrit gemaakt hebben… de nieuwe Defender? Of een snelle Italiaan? Vertel!
.. een ordinaire Range Rover Sport …