Bijgeloof, wat is dat eigenlijk. Bijgeloof is iets heel anders dan je ware geloof; het staat naast je ware geloof. Veel mensen zijn bijgelovig; soms beseffen ze dat niet eens. Vaak gaat het automatisch.
Bijgeloof in de scheepvaart
Soms weet je niet eens dat je een bepaald bijgeloof hebt. Je zegt ‘gezondheid’ als iemand niest en ‘proost’ als je samen iets drinkt. Dat heeft ook veel te maken met bijgeloof. Toen we over Boot Holland liepen ben je je ineens bewust van het bijgeloof in de scheepvaart. Je ziet veel symboliek op de schepen. Kijk bijvoorbeeld eens naar het boegbeeld. Het boegbeeld was natuurlijk een manier om de rijkdom van de eigenaar te laten zien maar het boegbeeld was ook een uitdrukking van de bezieling van het schip. Het schip werd beschouwd als levend wezen.
Vroeger had iedereen aan boord een bijnaam. Dat had ook te maken met het bijgeloof. Bijna iedereen gelooft volgens mij wel in absurde dingen. Hoe vaak zeg je niet even ‘afkloppen’ of wil je je lievelingssokken aan naar een sollicitatiegesprek? Wie heeft er een geluksgetal? Hoe het ook is of klinkt, het geeft ons een gevoel van veiligheid en controle. Gevoel van controle in spannende situaties is heel belangrijk voor ons. Hebben we geen controle zou dat als bedreigend ervaren kunnen worden (ietwat overdreven geformuleerd). We pakken daarom onze lievelingssokken maar weer uit de kast als we naar dat ene, belangrijke gesprek moeten.
Denigrerend
De zeegaande matroos was (buiten de officieren) vaak een simpele ziel. Ze konden meestal niet lezen en schrijven en wisten niet wat er om hun heen gebeurde. Smartphone of internet was er nog niet in die tijd. De kerk bepaalde wat goed of slecht was en dat werd door de zeelui als waarheid aangenomen. In de oudheid mocht je nooit zonder priester uitvaren en vanaf de 17e eeuw werd hij weer gezien als iemand die te veel met de doden omging.
Aan boord heerste tucht. Orde en discipline. Bij een kleine misdaad werd je zwaar gestraft. De schepen waren van hout en afhankelijk van gunstige wind. Niets was zeker. Ziektes waren onbegrepen en het werken aan dek was een hachelijke onderneming. Gegronde redenen om bang te zijn. Alles wat vreemd, onzeker en niet te verklaren was, droeg dan ook bij tot het bijgeloof.
De doop van een schip
Als een nieuw schip te water gaat, wordt het schip gedoopt. Op dat moment krijgt het schip haar naam. Dit gebruik kennen we al eeuwen. Zelfs de Egyptenaren, Romeinen en de Grieken riepen bij het in de vaart nemen van een schip hun goden aan. Zij vroegen de zeegoden om het schip en haar bemanning te beschermen. De Grieken en ook de christenen dronken bij de plechtigheid wijn als eerbetoon en goten water over het schip als teken van zegening.
De Ottomanen (die van de tulpen) zegden gebeden op en offerden een schaap. De Vikingen zouden zelfs mensenoffers hebben gebracht. Brrr, niet aan denken. Oorspronkelijk werd veel wijn gebruikt bij de doop van een schip maar whisky of jenever is ook prima. Pas in de 19e eeuw werd champagne gebruikt.
Bij de tewaterlatingen waar ik aanwezig was (en dat waren er best veel) gebeurt het dopen altijd door een vrouw. Dat brengt namelijk geluk. Zij doet dit door de fles tegen het schip aan te gooien onder het uitspreken van de woorden: Ik doop u hierbij (naam) en wens u en uw bemanning een behouden vaart’. De fles moet wel breken natuurlijk. De dame krijgt veelal de hals van de fles als een soort trofee mee naar huis. Als de fles niet breekt zal het schip veel ramspoed ondervinden. Bij de Costa Concordia brak de fles niet. Ik bedoel maar.
De leukste versie
Gevonden op internet: Als je op weg naar je schip een vrouw tegenkwam met een wit kapje of blote voeten, bracht dat ongeluk. Een vrouw aan boord van een vissersschuit of een marineschip zou een garantie voor rampen zijn. Maar een naakte vrouw aan boord was ideaal om de wind te kalmeren. Ja ja … hoe rijm je het een met het ander?
Zo erg leeft bijgeloof nu ook weer niet. Ik heb nog nooit iemand geweten die zijn dertiende maand weigerde…. (Fritz Muliar).
Geef een antwoord