Esonstad (Ezonstad) was volgens de Friese geschiedschrijving een stad aan de Lauwerszee (Oosterongeradeel – vlak bij Ezumburen). Wij bivakkeren er een weekend onder de vlag van Landal.
Esonstad
Volgens de verhalen zou dit stadje al gebouwd zijn in 341. Door Odilbald, de zesde hertog van de Friezen. Helaas in 808 geplunderd door de Noormannen. Die huisden daar regelmatig. Ze brandden vaak alles af (bijgeloof). Stavoren hielp om de stad te herbouwen. Waarom de stad in verval is geraakt is niet bekend. Berichten spreken elkaar tegen. Maakt ook niet uit. Wij hadden een prachtig huisje van Landal in dit leuke vakantiedorp. Genoeg te doen want de parkeerplaats was nagenoeg vol. Het huisje was compleet en schoon. Geen mogelijkheid om Netflix te streamen maar dat mocht de pret niet drukken. Heerlijk om te vertoeven en een goed uitvalspunt om Friesland te verkennen.
Dokkum, bier en Bonifatius
Vanaf Esonstad in een kwartier in Dokkum. Nog nooit geweest …
Toen het drinkwater (heel lang geleden) nog vervuild was, dronk men gewoon lekker bier. Bier zit vol voedingsstoffen (graan, gist, vitamine B). Bier brouwen doen ze nog steeds in Dokkum. Ambachtelijk en authentiek (Herfstbok, Blond, Weizen, Tripel, en Stout en Gruitbier).
Bonifatius (ook wel de architect van het christelijke West-Europa genoemd) en Dokkum zijn aan elkaar verbonden door deze Engelse missionaris die naar Friesland kwam om de Friezen te bekeren. Deze hoogbejaarde man (82 jaar) trok in 754 met zijn entourage (52 missionarissen) naar Friesland. Staaltje hoogmoed. De Friezen zagen het als een oprukkend leger. Grepen in en maakten korte metten met dit gezelschap. Of het de overvallers om de buit ging of dat ze religieus geïnspireerd waren, is niet duidelijk. Na zijn dood werd de missionaris al snel heilig verklaard. Eind 19e eeuw werd Dokkum daarom een bedevaartsoort. De beenderen van de heilige, die plotseling opdoken, bleken later vals te zijn. Lang verhaal kort.
Verdedigingswerk
Dokkum ligt in een prachtig zeshoekig verdedigingswerk. Ooit gemaakt in opdracht van de Prins (Willem) van Oranje. Vroeger moest dit vestingwerk (gracht van 24 meter breed en vijf meter hoge vestigingswallen) Dokkum beschermen. Nu kun je er heerlijk wandelen; bijvoorbeeld langs kanonnen, de toegangspoorten en twee schitterende molens. In het centrum van Dokkum is veel te beleven. Alles tussen een museum en standbeelden, gezellige winkeltjes en uitnodigende horeca. Toen wij er waren was het koud en mistig. Warme jas aan en af en toe even opwarmen in een café of restaurant. Geen probleem.
Zoutkamp en Dokkumer Nieuwe Zijlen
Omdat we er (Esonstad) toch waren, ook langs de op die dag georganiseerde WinterWelVaart in Zoutkamp gegaan. Buiten in een maritieme sfeer konden we genieten van kunst, cultuur en muziek. Vrolijke vrijwilligers en sfeervol verlichte schepen. Je kon bij een aantal schepen aan boord (bijvoorbeeld de zeeschouw ST5). Het visserijmuseum was vrij toegankelijk en had de deuren uitnodigend open. Buiten kon je een demonstratie ‘netten boeten’ bijwonen. Voor ons allemaal ietwat te koud. Muziek in de kroeg en verhalen in de streektaal van het Westerkwartier.
Op de terugweg nog even langs een prachtige herberg (De Pater) aan de oude zeesluis. Bitterballen en port. Vroeger gebruikt als schutsluis naar de Waddenzee. In 1969 werd de Lauwerszee afgesloten. Het uitzicht over het ingepolderde land was weids; helaas beperkt door de mist. De auto geparkeerd voor de vijf meter hoge gedenknaald bij Dokkumer Nieuwe Zijlen (afsluiting Dokkumerdiep). Het ontwerp van Willem Loré (Friese waterbouwkundige) brengt als eerste ter plekke, de glooiende dijkhelling in praktijk. Lager en sterker. Zijn naam staat dan weer niet op het monument. Bijzonder.
Geef een antwoord