De waarheid is nooit precies zoals je denkt dat hij zou zijn (J. Cruijff)

Normandië is eigenlijk een grote, groene tuin aan het water.

normandie krijtrotsen met prachtige kleurenNormandië is een historische Franse provincie;  bekend om de prachtige natuur, het heerlijke eten en de vele prachtige steden en dorpjes. Wat vooral opvalt als je langs de kust rijdt zijn de hoge statige krijtrotsen en de kiezelstranden. Dit wordt wel de opaalkust genoemd; de Côte d’Albâtre. In de middeleeuwen was Normandië  een rijke streek, ‘veroverd’ door de Noormannen.

Duinkerken

normandie duinkerken

Duinkerken boulevard, triest en verlaten

Afdalend na een concert van ELO in de Ziggo Dome, rijden we door de noordelijke Franse regio Picardië naar Normandië.  We zingen mee met de radio want de zon schijnt (binnen en) buiten. De Picardische kust is een strook van ongeveer zestig kilometer, met afwisselend krijtrotsen en zandstranden. Vooraf overnachten we in Duinkerken (Frans: Dunkerque).  Uitgeleefd, armoedig en weinig sprankelend. Wij werden er een beetje triest van hoe je zo’n prachtige havenplaats kunt laten verpauperen. Ons appartement lag buiten het stadscentrum maar in Duinkerken rijden de bussen vanaf september gratis. Prachtig initiatief.

normandie duinkerken

herinneringsmonument

In de film ‘Dunkirk’ zagen we hoe tijdens de slag om Frankrijk in 1940 de Duitsers een enorm Brits leger wisten te omsingelen. Op wonderbaarlijke wijze ontsnapten de Britten.  De opnames van deze indrukwekkende film, vonden ook plaats in Nederland, vooral langs de kust van Flevoland, ter hoogte van Urk.

Dieppe

normandie dieppe haven

Dieppe: hemelsblauw water

Deze oudste Franse badplaats is redelijk populair. Buiten het seizoen (oktober) zelfs nog lekker druk. De centraal gelegen vissers- en jachthaven (Sint Jacobsschelpen) aan de Henri IV kade, brengt veel leven in de brouwerij.  Naast een enorme veerboot, liggen er een gezellig clubje zeiljachten en vissersboten.   Willem de Veroveraar gebruikte deze haven toen hij koning van Engeland was.

normandie dieppe haven boten

sprankelende jachthaven

De auto stond geparkeerd bij het prachtige strand tegenover Hotel L’Europe.  In verband met mijn gevoelige blaas en P. zijn ietwat stramme rug, zijn we redelijk snel neergestreken op een van de terrasjes. Buiten het seizoen om is het niet meer stervens druk en overvol. Geen straf dus. Nu was er ruimte genoeg om een leuk plekje (in de najaarszon) te kiezen. Geen lunch zoals de Fransen dat doen met een glas rosé maar keurig alcohol vrij.

Normandië en Fécamp

Jachthaven Fécamp indrukwekkende krijtrotsen bunker uit WOII  houten pier in de haven van Fécamp

op bovenstaande foto’s zie je de indrukwekkende krijtrotsen, de haven (de houten wandel pier) van Fécamp en een van de resterende bunkers uit WOII. 

Fécamp is een gemeente met net iets over de 20.000 inwoners. Gedurende de laatste eeuwen ontwikkelde dit havendorp zich tot de belangrijkste kabeljauw- en haringhaven van Frankrijk. Helaas hebben de Fransen het in de concurrentie af moeten leggen tegen ons Nederlanders. Tja. Aan de overkant van ons appartement keken we uit over de haven en zagen we de vissershuisjes schitteren in de zon. Onbetaalbaar. Eenmaal boven op de krijtrotsen zie je de visserskapel (Cap Fagnet), het mammutblockhaus (bunker) en een observatiepost (semafoor) van de Atlantik Wall .  Wij stonden daar ook met een brok in de keel toen we over een van de vele wandelpaadjes, langs de bunkers liepen die ons deed herinneren aan de verschrikkingen van de oorlog.

liters met heerlijke likeur Palei Bénédictine in het centrum van Fécamp

op bovenstaande foto’s het paleis Bénédictine

Centrum Fécamp

In het centrum van Fécamp mag je de abdijkerk van Sainte-Trinité, het paleis van de Hertogen van Normandië en het indrukwekkende Palais Bénédictine niet missen. Alles ademt geschiedenis.  Noormannen, Vikingen en Engelse koningen hebben hier hun voetstappen gezet. De typisch kleurrijke Normandische winkelstraatjes zijn helaas in Fécamp niet te vinden. Daarom hebben we veel gewandeld langs de jachthaven en het strand. Natuurlijk hebben we, gewapend met ons fototoestel, rondgedwaald in het enorme paleis Bénédictine (500 meter van ons appartement). We lieten ons vertellen hoe het zoete kruiden- en plantenelixer gefabriceerd wordt (en werd) door een perfect Engels sprekende gastvrouw. Pracht en praal. De rustende vaten met daarin dit heerlijke mengseltje hadden we graag in onze kofferbak geladen. Maar de Landrover was niet sterk genoeg. Helaas. De proeverij in de serre, aan het eind van de rondleiding was natuurlijk een leuke toegift. De cocktail met grapefruitsap werd door mij en P. met een grote glimlach omarmd. We konden immers lopend terug.

Etretat

Het meest bekende plaatsje aan de Côte D’Albâtre is Étretat. Hier lijkt de tijd stil te staan.  Julius Caesar liet hier ooit zijn houten boten bouwen voor de aanval op Engeland. Deze idyllische badplaats met Belle Époquevilla’s voor de royals, ligt tussen twee kliffen. Vooral de Falaise d’Aval spreekt tot de verbeelding. Deze boog lijkt op een olifant die zijn slurf in het water steekt (zie foto). In 1870 geschilderd door Courbet en in 1885 door Monet. Zij hebben toen, net als wij nu, genoten van deze ‘witte’ natuur met op ieder moment van de dag verschillende lichtinvallen. Achter de boulevard ligt een klein maar gezellig stadscentrum met winkeltjes en restaurantjes. Tas gescoord in de beroemde, overdekte (houten) markt. Daarna aten we een lichte lunch bij een restaurant (aan het strand) waar je met je neus op zoek kon (helaas) naar het toilet.

De parkeerautomaat in het centrum was voor mensen die hogere wiskunde hebben gestudeerd. Voor ons was een groep Japanners die na 10 minuten prutsen met luid applaus een kaart uit deze, alleen Frans sprekende, automaat haalden. Makkelijk en praktisch als ik ben, heb ik me laten voorlichten door 2 wat oudere Françaises. Stiekem vertel ik er maar niet bij dat we voor die tijd zelf al verschillende (oeverloze) pogingen hadden gedaan.

Wandelen over de kliffen

Tijdens de terugreis naar onze basis in Fécamp zijn we natuurlijk nog naar een uitkijkpunt boven op de rotsen (Falaise d’Aval) gereden. Navigerend met Google Maps want van verkeersborden hebben de Fransen nog steeds geen kaas gegeten. Je kunt ook lopen als je dat graag wilt. Toen ik dichtbij de trappen kwam haakte ik zonder een moment van twijfel af. KleinGemotoriseerd, zonder valrisico dus,  naar boven was een betere optie. Langs de kapel (Notre Dame de la Garde) via kleine paadjes, weer prachtige foto’s gemaakt. Voor de liefhebber hebben wel al snel uren aan materiaal …

Honfleur

Op onze uitstapjeslijst stond ook Honfleur. Vanuit de auto, op de Pont de Normandië (5,40 euro voor een enkele oversteek) via deze indrukwekkende Tuilbrug) zagen we een cruiseschip aan de kade liggen.  Deze brug is echt enorm. Honfleur is een klein stadje aan de monding van de Seine en zonder twijfel een van de meest schilderachtige stadjes van deze streek.  Gelukkig gespaard in WO II, van destructieve gevolgen. De omgeving inspireerde beroemde schilders zoals Boudin en Monet. In de haven hangt vaak een blauwachtig licht, veroorzaakt door de vaak aanwezige, hoge luchtvochtigheid; heb ik me laten vertellen. De haven is iets minder sprankelend dan die van Dieppe. Kleiner. Omdat het ook hier niet druk was konden we de auto in het centrum parkeren. Vlak om de hoek van de vissershaven. Aan deze haven vind je talloze terrasjes waar je kennis kunt maken met Normandische specialiteiten.

Ik vond de kleurrijke huisjes met de leistenen gevels vooral in het oog springen. Ook de straatjes om de haven zijn gezellig en kleurrijk met veel brocante winkeltjes.

Honfleur met op de voorgrond replica Vikingschip kade langs de haven van Honfleur

Yport

Maak zeker ook een omweg naar Yport, een paar kilometer van Fécamp. Dat is een klein (heel klein) vissersdorp gelegen in een zogenaamd  ‘hangend dal’. Yport is al een officiële badplaats sinds 1929 en er zijn hier heel wat beroemde badgasten geweest, zoals Maupassant, Gide en Boudin. Je ziet bouwstijlen tussen art nouveau en neonormandisch. De vakwerkhuisjes zijn kleurrijk en charmant.  Het kiezelstrand voelt niet fijn aan je blote voeten, de meeuwen waren talrijker dan de toeristen maar de betovering van de strandhuisjes en de vissersbootjes deed ons voor de zoveelste keer, direct smelten.

vissersbootjes van Yport strandhuisjes op kiezelstrand van Yport

2 reacties

  1. Ximaar

    De keren dat ik over de Pont de Normandie ging was ie gratis. Als fietser tref je er geen tolpoortjes of dergelijke. De Noord-Normandische kust heb ik helaas overgeslagen via Amiens en Rouen. De Zudi-Normandische kusten heb ik wel bekeken, zoals Honfleur, Omage Beach, Portbail en Granville.

    In Duinkerken heb ik wat maanden gewerkt en die fabriek joeg de afgelopen week erg veel CO2 tot in Noord-Holland. Ben ook een keer via Boulogne naar NL gefietst. Ook een erg mooie kust.

    Maar helaas heb ik de omgeving van Dieppe gemist. En als ik je foto’s zie, dan lijkt me dat een mooi gebied om te bezoeken.

    • Herma Westerdiep

      Ik vond het overweldigend. Had vooraf niet gedacht dat het zo mooi zou zijn. De natuur is mooi en doordat het niet zo druk was (september/oktober) konden we overal extra van genieten.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

© 2024 Vijftigenmeer

Thema gemaakt door Anders NorenBoven ↑